Binnen zijn oeuvre onderzoekt Mekhitar Garabedian
(°1977, Aleppo, Syrië), die sinds zijn jeugd in Gent
woont, de positie van het individu en de ontwikkeling van diens identiteit. Daarbij legt hij een bijzondere focus op migratie.
Een belangrijke kern in Garabedians oeuvre is taal en vaak de ontoereikendheid
ervan om emoties, ervaringen, tragedies en
trauma’s uit te drukken en de moeilijkheid
om een persoonlijke identiteit om te zetten
naar een andere taal.
De woorden "Praten met andermans woorden, dat is waar ik naar verlang. Dat moet vrijheid zijn", geleend uit Jean Eustaches film La Maman et la Putain (1973), vormen een belangrijke spil in Garabedians artistieke praktijk. Hij citeert, reproduceert en verstoort.
Hij eigent zich elementen toe uit literatuur,
muziek, filosofie, film en het werk van andere beeldend kunstenaars om zijn gedachten te verwoorden
en zijn eigen identiteit vorm te geven. Daarbij verwijst hij naar Arthur Rimbauds ‘Je est un autre’ (‘Ik
is een ander’) en naar Roland Barthes’ citaat ‘de
tekst is een weefsel van citaten uit duizend bronnen van cultuur’. Garabedian ziet duidelijke parallellen tussen Barthes’ citaat en onze menselijke
identiteitsvorming.